maandag, augustus 22, 2005

Uilenroep

Wie of wat de wereld schiep,
een god, de oerknal, toeval,
het was een godenkind dat riep
over de hoogten van het dal.

Ik hoorde het toen ik nog sliep,
zijn heldere roep klonk overal,
van dichtbij en van heel diep,
vanuit de verten van ’t heelal.

Was het een kreet, een lied?
Een oude roep, nog onverwacht,
zoals een tijding wordt gebracht?

’t Klonk één keer, heel de nacht.
En heel de nacht heb ik gewacht
dat het zich nog eens horen liet.

Geen opmerkingen: